‘Minder kunstwerkjes, meer comfort – vaak is dat de beste optie’

Door Sigrid Dekker

Anke van der Meulen is tandarts geriatrie. Ze vertelt meer over haar vak, de mensen en de telkens terugkerende overwegingen in de keuze voor de beste mondzorg. Bij kwetsbare ouderen staat voor haar ‘oral comfort’ daarbij altijd voorop.

Anke studeerde in 2011 af als algemeen tandarts en vanaf 2018 staat ze ook geregistreerd als tandarts Geriatrie. Ze werkt onder andere voor Omnios, in het Friese woonzorgcentrum Berchhiem. Al vrij jong wist Anke dat ze de medische kant op wilde – maar dan wel een richting waarbij ze ook haar handen kon gebruiken. “Ik vind het fijn om met mensen om te gaan, maar houd ook van ‘dingen maken’. Als tandarts kan dat allebei. Ook vanwege mijn dyslexie wilde ik niet alleen maar in de boeken zitten.”

Bezoek aan oma in het verpleeghuis
Tijdens een coschap in Groningen viel het hoogleraar Gerodontologie Anita Visser op dat Anke zich zo gemakkelijk beweegt, in de wereld van kwetsbare ouderen in verpleeghuizen. Dat heeft een goede reden. “Vanaf ongeveer mijn tiende jaar kwam ik vaak in het verpleeghuis waar mijn oma woonde, vertelt Anke. “Ik zag hoe de mensen er leefden, hoe de verzorging met hen omging en proefde de sfeer. Het was vertrouwd voor mij, om daar te zijn.” De keuze voor tandarts geriatrie was dan ook snel gemaakt. “Het is een mooi vak,” vindt Anke, “waarin je echt het verschil kunt maken voor zorgafhankelijke ouderen, bij wie cognitieve problematiek vaak een rol speelt.”

“De ouderen die nu een in een zorginstelling gaan wonen hebben veel vaker dan vroeger hun eigen tanden en kiezen nog. Vaak in combinatie met kronen, implantaten, enzovoorts”, legt Anke uit. “Alles wat de moderne tandheelkunde te bieden heeft. Dat is natuurlijk mooi, maar het heeft ook een keerzijde: zo’n gebit is veel lastiger schoon te houden dan het kunstgebit dat ouderen vroeger vaak al relatief jong hadden. En daar zit het probleem. De mondgezondheid van (te) lang zelfstandig wonende ouderen gaat vaak flink achteruit. Om een lang verhaal kort te maken: in het verzorgingshuis zie ik veel mensen binnenkomen met een slecht onderhouden, pijnlijk gebit.”

De mondzorg voor deze kwetsbare ouderen draait (meestal) niet om hoogstaande technische oplossingen – maar om de hoogst haalbare, pijnvrije, mondgezondheid. ‘Oral comfort’, noemt Anke dit. “Als tandarts geriatrie weeg je voortdurend af wat de beste oplossing is om dit te bereiken. Wat gaan we doen? En, minstens zo belangrijk, wat gaan we niet doen?”

Keuzes afwegen
In die behandelkeuze weegt Anke veel verschillen factoren en belangen mee. Bijvoorbeeld het ziektebeeld, de belastbaarheid en het medicatiegebruik van de cliënt. Maar ook de mening van andere behandelaren, de eigen wensen van de cliënt en (bij cognitieve problematiek) die van zijn of haar naasten. Vanuit de nieuwe wet Zorg & Dwang moet je het bovendien heel goed verantwoorden en documenteren, als je een behandeling uitvoert tegen de wil van de cliënt. “Afwegen en praten is misschien wel het belangrijkste, in mijn vak. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit van leven,” concludeert Anke.

Ze geeft een voorbeeld. “Ik herinner me een vrouw met fronto-temporale dementie. Deze vorm gaat vaak gepaard met agressie en afwerend gedrag en dat was nu ook zo. Deze cliënt accepteerde absoluut geen mondverzorging. Toch moest er iets gedaan worden; mevrouw uitte pijn en weigerde te eten. Maar hoe? Ik vind dat je dan een stap terug moet doen en zorgvuldig alles overleggen met je team en de naasten. Dus dat hebben we gedaan.”

Uiteindelijk kozen ze ervoor om deze vrouw via medicatie te ontspannen en in twee sessies haar resterende tanden en kiezen te verwijderen. Haar zoon was er beide keren bij, om zijn moeder te steunen. Maar het kan ook heel anders gaan. Anke: “Laatst gaf een dochter aan dat haar – nu dementerende – moeder altijd heel goed voor haar gebit had gezorgd; dat dit ook binnen de familie heel belangrijk is. We hebben toen een aantal kiezen verwijderd, gaatjes gevuld en een gedeeltelijke prothese gemaakt. Het was fijn dat we deze keuze konden maken – voor mevrouw én voor haar familie.”

Sparren met de Omnios-regiomanager
En hoe helpt Omnios haar bij de uitvoering van haar werk? “Ik kan me focussen op de behandeling van mijn patiënten, omdat Omnios zoveel andere dingen voor me regelt. Het is bijvoorbeeld heel handig dat alle apparatuur altijd voor me klaarstaat. Ook kan ik goed sparren met de Omnios-regiomanager, bijvoorbeeld over de werkplanning of de assistentie. Dat loopt allemaal heel soepel.”

Anke vindt het ook een goede zaak dat Omnios het zorgpersoneel binnen zorginstellingen opleidt. “Er bestaat nog veel onwetendheid over het belang van goede mondzorg en het voorkomen van mondproblemen. Die dagelijkse zorg en aandacht is echt van groot belang.”

Ouderen mondzorg met visie
Wat betreft de toekomst hoopt Anke vooral dat er meer tandartsen geriatrie bij komen. “We zijn maar met zo weinig en er zijn zoveel ouderen…”. Ook vindt ze het essentieel dat tandartsen in algemene praktijken een meer signalerende functie op zich nemen. “Het zou goed zijn als ze hun oudere, (potentieel) kwetsbare cliënten beter in de gaten houden. Bijvoorbeeld door hen te bellen als ze niet op een afspraak verschijnen.”

Anke illustreert de noodzaak hiervan met een voorbeeld. “Nadat ik de (slechte) mondgezondheid van een nieuwe bewoonster in kaart had gebracht nam ik contact op met haar dochter. Deze vertelde me dat de tandartspraktijk van haar moeder een incassotraject was gestart, vanwege onbetaalde rekeningen. De gevolgen hiervan zorgden ervoor dat de kinderen erachter kwam dat hun moeder dementerend was. Ook niet mis: mevrouw was de afgelopen twee jaar niet bij haar tandarts geweest omdat ze daar niet meer welkom was.”

“Ook is het belangrijk dat tandartsen altijd zorgvuldig nadenken, voordat ze ingewikkelde gebitsconstructies toepassen,” vervolgt Anke. “‘Welke oplossing is het beste voor deze persoon, met het oog op zijn of haar toekomst? Wat gaan we wel of juist niet (meer) doen?’ Sta erbij stil dat je client misschien gebaat is bij minder kunstwerkjes en meer comfort. Vooral met het oog op (niet zo veel) later.”

Omnios mondzorg voor ouderen
Ankes toekomstidee voor Omnios: “Misschien kunnen we kortere lijnen stimuleren tussen tandartsen in zorginstellingen en de lokale tandartsen. Wanneer je dan tegen een probleem aanloopt tijdens een tandheelkundige behandeling, dan kun je dat samen met de lokale tandarts bespreken en de cliënt zo nodig doorverwijzen. Bijvoorbeeld om snel(ler) gebitsfoto’s te laten maken bij de tandarts aan de overkant.

Binnenkort vertrekt Anke als Omnios-tandarts. “Zuiver een praktische keuze,” lacht ze, “vanwege de reisafstand tussen Friesland en mijn woonplaats. Ik heb een hele fijne tijd gehad met mijn collega’s van Omnios. Werken bij Omnios kan ik zeker aanbevelen!”

Dit bericht delen