We horen iemand neuriën op de gang. 'Ah! Daar zul je mevrouw De P. hebben, die krijgen we de hele ochtend al niet te pakken.' Mijn collega-assistente Lisette springt op om de deur open te doen.
Meneer De K. zit te dutten in de stoel tegenover me. Naast me zit mevrouw W. Ze veegt een beetje afwezig met haar hand over tafel, net naast de pot thee en het pak koekjes dat er ligt.